|
||||||||
Het mag een klein beetje verbazing wekken dat deze Kameroense muzikant, dit sinds een aantal jaren vanuit Parijs opereert, niet meer bekend is dan vandaag het geval is. De landgenoot van Blick Bassy bedrijft overigens een heel ander soort muziek en je mag hem rustig de bewaarder van de Kindo)muziek noemen. Erik werd als zoon van een onderwijzer geboren in Badissa, in het Noordelijke deel van de Centrale Provincie van Kameroen, waar het O’Sananga volk woont. Studeren deed Erik in Yaoundé, waar hij als vanzelf in contact kwam met de studenten- en stadscultuur en deel ging uitmaken van een aantal lokale bandjes. Toen hij na enkele jaren van de universiteit wegging, had hij al een zekere faam opgebouwd als zanger en in de jaren die volgden, werd hij geregeld door andere artiesten gevraagd om mee te werken op hun platen. In 2006 kwam er dan een eerste plaat onder eigen naam, toen nog met zijn band Korongo Jam. Die plaat heette “Just Africa”, een titel die later nog navolging zou krijgen met “Just My Land” en “Just My Soul” en tussendoor was er “Songs from Badissa”. Vandaag is er dus nummer vijf in de rij, “Ancestors” en die titelkeuze geeft al heel wat informatie over wat je erop kunt horen: Erik gaat op zoek naar zijn voorouders en naar de manier waarop zij zich verhielden tot de natuur, de gemeenschap, het spirituele. Daartoe bedient hij zich zowel van de volkstaal als het Frans, het “echte” en het “Pidgin”-Engels en bezingt hij de teloorgang van het respect voor de ouderen, de druk die op eeuwenoude tradities wordt gelegd, de inbreng van Afrika in de wereldcultuur… Verhalen over “onderweg zijn”, “mensen ontmoeten”, “ballingschap” en andere vormen van “in beweging zijn” en het “leven aan de overkant”. Bovenal is er echter de ongemeen straffe vocale kant van de zanger Erik Aliana, die een heel wendbare stem heeft en die een paar stijlen beheerst, waarmee we niet zo vertrouwd zijn, zoals de polyfonie van de Pygmeeën. Ook ’s mans gitaarspel -hij was van oorsprong nochtans percussionist- moet vermeld worden: dat draagt nogal wat sporen van percussie in zich en het klinkt zo al niet vernieuwend, dan toch minstens ongebruikelijk en dat wordt nog een tikkeltje meer in de verf gezet door de aanwezigheid op “Fruits Frais” en het prachtige “Ke endo oko”” van meester slide gitarist Debashish Bhattacharya: diens herkenbare slidespel contrasteert heel knap met het door percussie gedreven spel van Aliana. De optelsom van dit alles is snel gemaakt: dit is een geweldige, eerlijke, en gedurfde plaat, die opvalt door haar originaliteit: muziek als deze heb je nog (haast) nooit gehoord: zelden kwamen heden en verleden zo mooi en naadloos samen ! Dani Heyvaert
|
||||||||
|
||||||||